Vanaf 1974 herdenken en vieren de Marrons jaarlijks op 10 oktober de succesvolle strijd van hun voorouders tegen onderdrukking en voor vrijheid. Sinds 2010 is de ‘Dag van de Marrons’ een nationale feestdag in Suriname.
Samen met de bewoners praten we over Marrons en over de slavernij.
Mw. P. knikt instemmend: “Dat is de geschiedenis die ik in mijn jeugd heb geleerd.”
Mw. L. bedachtzaam: “Wij noemden ze Boslandcreolen.”
Mw. K. kijkt om zich heen: “We moeten gezellig met elkaar omgaan, het lukt wel.”
Mw. S. knikt: “Mensen moeten met respect met elkaar omgaan, elkaar begrijpen, helemaal geen ruzie maken, je kunt je er bij neerleggen als je ’t er niet mee eens bent.”
Mw. K. instemmend: “Mensen moeten meer op elkaar letten, goed voor elkaar zijn, niet achterbaks zijn en dan komt het wel goed.”
Mw. S. knikt haar toe: “Je moet normaal met elkaar omgaan, je moet de mens behandelen zoals je zelf behandeld wil worden.”
We luisterden ook naar muziek van de Marrons en kijken naar beelden van dansende vrouwen in prachtige gekleurde rokken.
Mw. S. enthousiast: “Ik heb dat ook zelf meegemaakt, ik heb zelf meegedanst. Je bent op vakantie, dus je doet alles mee, heel leuk was dat.”
We lezen een Marron vertelling voor over de Spin Anansi. De Marron vertellingen beginnen altijd met de tekst: ‘Dilitin! Luister eens!’ En dan antwoorden de mensen: ‘Daitin! Wij luisteren!’ De moraal van het verhaal was: een ander in nood moet je altijd helpen.
Mw. K. knikt bevestigend.
Dhr. B. knikt: “We zijn op de wereld gekomen om elkaar te helpen.”
Mw. K. peizend: “Dat we elkaar helpen is tot daar aan toe, maar ik zou eerst de feiten gaan bekijken. Je moet niet in de chaos trappen met één been. Misschien ben je zo van karakter en dan moet je oppassen dat je niet uitglijdt.”
Mw. S.: “Je moet zorgen dat je met de ander kan genieten. Je moet de persoon accepteren en nemen zoals hij is. Ik hoop dat iedereen het ook doet. Er moet altijd hoop zijn.”
We zingen verschillende Surinaamse liederen ter afsluiting.
Mw. L. stralend: “We zongen het altijd. Ik ben er. Het is mooi.”